Begrijpelijke en uitvoerbare wetgeving

De afgelopen jaren werkte het programma Werk aan Uitvoering langs 6 verschillende handelingsperspectieven die afzonderlijk, maar ook in samenhang bijdragen aan een betere dienstverlening.

Vanuit het handelingsperspectief Betere wet- en regelgeving is de afgelopen jaren gewerkt aan begrijpelijkheid en doenlijkheid van wet- en regelgeving voor mensen en bedrijven en werkbaarheid voor de uitvoering. Uitgangspunt hierbij is dat wet- en regelgeving mensenwerk is, dienstbaar aan de samenleving. Op basis van politieke keuzen die uit de doelstelling van de wet blijken. Het is belangrijk dat deze bedoeling opnieuw de basis wordt van publieke dienstverlening. Als het gekozen middel niet blijkt te werken om de bedoeling waar te maken: verander het. Als het onuitvoerbaar is: verander het.

De afgelopen jaren is ingezet op:

  • Een aanpak, waarbij maatschappelijke vraagstukken vanaf het begin multidisciplinair benaderd worden. Beleid, uitvoering, wetgeving en toezicht bepalen hierbij samen wat de meest optimale oplossing is. Wanneer wetgeving noodzakelijk is, werkt dit multidisciplinair team samen aan wet- en regelgeving die begrijpelijk en doenlijk is voor de burger en ondernemer en werkbaar voor de uitvoering. Deze multidisciplinaire aanpak wordt in de gehele wetgevingscyclus gehanteerd, dus ook bij de evaluatie en wijziging van beleid.
  • Maatwerk in relatie tot gelijke behandeling (hoe ongelijk moeten gevallen zijn om ze ongelijk te mogen behandelen) en onderzoeken de dilemma’s rondom privacy(wetgeving) versus maatwerk.
  • Mogelijkheden verkennen in sectorale wetgeving, beleidsregels en de uitvoeringspraktijk onderzoeken om ruimte te bieden voor maatwerk. Ook wordt de Algemene wet bestuursrecht (Awb) bezien op het dwingender maken van maatwerk.
  • Praktische handvatten bieden om (lopende) maatwerkinitiatieven te ondersteunen, zoals het maatwerkbestendig maken van de Aanwijzingen voor de regelgeving. Hiervoor is het Beleidskompas ontwikkeld: een centrale werkwijze voor het maken van beleid om in vijf stappen beleid te ontwikkelen. Bij elke stap wordt bekeken welke belanghebbenden betrokken moeten worden zodat je deze stap in co-creatie kunt uitvoeren.
  • Zorgen dat het burgerperspectief vroegtijdig wordt betrokken in het beleidsproces en belanghebbenden zich bewust zijn van de mogelijkheid om op nieuwe wet- en regelgeving te reageren.
  • Een heldere, gestroomlijnde opzet van nieuwe wetgeving, waarbij de toetssystematiek van wet- en regelgeving over de gehele wetgevingscyclus is versterkt, inclusief amendementen en moties. Door gedurende de totstandkoming maar ook na de implementatie en bij wijziging van wetgeving te toetsen op uitvoerbaarheid, doenlijkheid en ongewenste gevolgen (in het bijzonder discriminatie).
  • Het ontwikkelen van opleidingen en ondersteuning voor medewerkers in de uitvoering, bij beleid en wetgeving zodat zij meer kennis en vaardigheden hebben om maatwerk mogelijk te maken (rekening houdend met de uitvoerbaarheid) en toe te passen. Ook is ingezet op het verhogen van de kennis over de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.
  • Meer eigenaarschap van Kamer en kabinet om te kunnen komen tot goede wet- en regelgeving.

Herijking

Het werken langs handelingsperspectieven of sporen is losgelaten, maar zijn nog steeds belangrijk. Ze komen terug in 4 opgaven waarop we als overheid ‘gezamenlijk versnellen’ omdat deze essentieel zijn voor de publieke dienstverlening aan de samenleving en deze opgaven niet door organisaties afzonderlijk kunnen worden opgepakt. En 7 opgaven die we als overheid ‘doorzetten en uitbouwen’. Dit zijn ingezette veranderingen die verder worden doorgezet en uitgebouwd. De publieke dienstverleners, medeoverheden en ministeries zijn voor deze ingezette veranderingen zelf aan zet om de publieke dienstverlening verder te verbeteren.

Het handelingsperspectief Begrijpelijke en uitvoerbare wet- en regelgeving is onderdeel geworden van de opgave Verbeteren van de beleidskwaliteit.

Beleidskompas en Doenvermogentoets

In deze videoserie van Werk aan Uitvoering wordt uitgelegd hoe er gewerkt wordt aan de verbetering van de publieke dienstverlening. Werk aan Uitvoering is een overheidsbreed programma waarin medewerkers binnen onder andere zes verschillende sporen werken aan het verbeteren van de publieke dienstverlening. In deze video vertelt Abdel-Jaouad Ouarraki van het ministerie van Justitie en Veiligheid hoe hij heeft gewerkt aan het Beleidskompas. Mike Keesman van het ministerie van Justitie en Veiligheid legt uit hoe hij heeft gewerkt aan de Doenvermogentoets.

In deze videoserie van Werk aan Uitvoering wordt uitgelegd hoe er gewerkt wordt aan de verbetering van de publieke dienstverlening. Werk aan Uitvoering is een overheidsbreed programma waarin medewerkers binnen zes verschillende sporen werken aan het verbeteren van de publieke dienstverlening. In deze video vertelt Abdel-Jaouad Ouarraki van JenV hoe hij heeft gewerkt aan het Beleidskompas en Mike Keesman van JenV hoe hij heeft gewerkt aan de Doenvermogentoets.

Het logo van Werk aan Uitvoering verschijnt.

Beeldtitel:
Beleidskompas en Doenvermogentoets

Beeldtekst:
Vanuit welk handelingsperspectief wordt een bijdrage geleverd aan het verbeteren van de publieke dienstverlening?

Senior beleidsmedewerker Beleidskompas Abdel-Jaouad Ouarraki van JenV is op een kantoor. Naast hem staat projectleider Doenvermogentoets Mike Keesman van JenV.

ABDEL-JAOUAD OUARRAKI: "Wij werken vanuit spoor 3, het handelingsperspectief dat bijdraagt aan betere kwaliteit van wetgevingsbeleid."

Beeldtekst:
Welk vraagstuk wilden jullie oplossen?

ABDEL-JAOUAD: "We willen eraan bijdragen dat beleidsmakers, uitvoerders en de doelgroep vroegtijdig betrekken, zodat er nog voldoende tijd is om het beleid bij te sturen of aan te passen op de input vanuit belangrijke stakeholders."

MIKE KEESMAN: "Vanuit de overheid willen we beleid maken dat werkt voor mensen. Beleid waarvan we weten dat mensen
het kunnen gaan doen en gaan doen. En, mochten we toch een fout maken, dat de consequenties niet te groot zijn. De Doenvermogentoets is in het leven geroepen om dat echt expliciet te maken. De vraag die we vaak kregen is: 'Wanneer doe je de Doenvermogentoets? Hoe doe je dat? Met wie doe je dat? Wanneer is het goed genoeg? En wat schrijf ik vervolgens op?'"

Beeldtekst:
Wat hebben jullie gedaan?

ABDEL-JAOUAD: "We hebben samen met alle stakeholders, ministeries, uitvoeringsorganisaties en ook andere experts het IAK herzien: het Integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving. Dat was er voor het Beleidskompas. We proberen te zorgen dat de inhoud actueel is. Maar we hebben ook vooral ingezet op een betere implementatie daarvan. Zodat het vroegtijdig gebruikt wordt en alle stakeholders vroegtijdig aan tafel zitten bij de beleidsmaker. Een belangrijk onderdeel van het IAK en ook het Beleidskompas, zijn de kwaliteitseisen.
De kwaliteitseisen vormen eigenlijk het fundament. Het zijn de eisen waar goed beleid aan moet voldoen."

MIKE: "Eén van die kwaliteitseisen is de Doenvermogentoets.
We hebben samen met een ontwerpbureau, wetgevingsjuristen, beleidsmakers en gedragsadviseurs een ontwerptraject gestart. Hier hebben we iteratief, dat betekent dat we iets maakten, uitprobeerden, maakten, uitprobeerden, een gebruiksvriendelijkere Doenvermogentoets ontwikkeld."

Beeldtekst:
Wat zijn de geleerde lessen en kwam je voor uitdagingen te staan?

ABDEL-JAOUAD: "Waar we tegenaan liepen en nog steeds tegenaan lopen, is dat we met dat Beleidskompas een soort cultuur- en gedragsverandering teweeg willen brengen waarbij beleidsmakers op een andere manier beleid maken en stakeholders vroegtijdig gaan betrekken. Dat is lastig. Niet zozeer vanwege onwil, maar omdat we werken in een klimaat, waar sprake is van tijdsdruk en politieke druk. Hierdoor is het dus niet altijd mogelijk om alle stappen goed te doorlopen, alle kwaliteitseisen toe te passen en alle stakeholders
vroegtijdig te betrekken."

MIKE: "Waar wij met het Doenvermogen tegenaan liepen, is dat ik graag een heel simpel stappenplan wilde. Maar in gesprek met al die ambtenaren van die verschillende organisaties, kwam ik tot de conclusie dat beleid eigenlijk altijd maatwerk vraagt en een heel ander format nodig was."

Beeldtekst:
Wat denk je dat er de komende tijd nodig is om het verder te brengen?

ABDEL-JAOUAD: "Wat we nodig hebben is het borgen van de implementatie van het Beleidskompas binnen alle ministeries, zodat dat de normale manier van werken is voor iedereen. Eigenlijk zonder daarbij na te denken. We hebben de afgelopen tijd voornamelijk ingezet op informeren, verleiden en opleiden.
Maar het is natuurlijk belangrijk dat er ook op gestuurd wordt.
Dus dat er ook vanuit de top en het management belang wordt gehecht aan de goede toepassing van het Beleidskompas."

MIKE: "De Doenvermogentoets gaat het steeds makkelijker maken voor ambtenaren om rekening te houden met doenlijkheid en om dit onderwerp goed mee te wegen. Wat wij verder nog gaan doen is vooral veel workshops organiseren en trainingsessies om zoveel mogelijk mensen hiermee bekend te maken."

Het logo van Werk aan Uitvoering verschijnt.